Een nachtreceptionist van een hotel heeft een tijdelijk contract dat met zes maanden is verlengd tot 1 mei 2020. Hij werkt in de eerste week van mei door. In die week vraagt zijn werkgever hem een brief van 29 april 2020 te ondertekenen met de bevestiging dat het contract drie maanden wordt voortgezet. Hij weigert te tekenen en wordt naar huis gestuurd.